Ein-groep 1e naamval Wat goed dat je even de ein-groep in de eerste naamval komt oefenen! Wil je eerst nog de uitleg lezen? Veel succes! Ich habe (geen) Lied gesungen.Lied [o]Auf dem Tisch liegt (een) Kugelschreiber.Kugelschreiber [m](jouw) Tomaten sind reif.Tomaten [mv]Das ist (zijn) Getränk.Getränk [o]Herr Jansen, ist das (uw) Auto?Auto [o](Mijn) Kuchen steht im Wohnzimmer.Kuchen [m]Wo sind (jullie) Eltern jetzt?Eltern [mv](Hun) Geschenke liegen unter dem Baum.Geschenke [mv]Ist das (haar) Handy?Handy [o](Mijn) Vater hat morgen Geburtstag.Vater [m]Klik op "verstuur" om je antwoorden te controleren! Time is Up!
Naamvallen Oefeningen Onderbouw (klas 1 t/m 3) VoornaamwoordenPersoonlijke voornaamwoorden 1e naamval oefenen
Bovenbouw (klas 4 t/m 5) Grammatica Modale werkwoorden Oefeningen Onderbouw (klas 1 t/m 3) WerkwoordenModalverben oefenen
Bovenbouw (klas 4 t/m 5) Grammatica Naamvallen Oefeningen Onderbouw (klas 1 t/m 3)Keuzevoorzetsels oefenen
Bovenbouw (klas 4 t/m 5) Naamvallen Onderbouw (klas 1 t/m 3)Voorzetsels met de 3e / 4e naamval (incl. keuzevoorzetsels én de 7/2-regel)